Wanderlust.
Ik heb een fascinatie voor dat woord: Wanderlust. Reislust volgens de van Dale. Dubbele trek om eropuit te gaan, reiszucht, toeristisch verlangen, zin om te reizen.
Wanderlust, het klinkt als een virus. Een die mij negen jaar geleden te pakken kreeg en me sindsdien niet meer losgelaten heeft. Die rond de geboorte van mijn tweeling flink onderdrukt werd, maar de laatste tijd weer fel de kop opsteekt. Die mij ‘s nachts uit mijn slaap houdt. Die mij het gevoel geeft dat er honderden vlinders in mijn buik zitten. Die mij het internet af laat speuren naar exotische oorden tot ik er vierkante ogen van krijg.
Wanderlust, alleen te begrijpen voor diegene die ook besmet zijn. Die net zo lijden als ik. Die uren kunnen dromen over backpack bestemmingen en roadtrips. Die lijstjes maken met landen en plekken die ze willen zien. Die verlangen naar vakanties die langer duren dan vijfentwintig vakantiedagen.
Wanderlust, er bestaat geen medicijn.
Wanderlust, ik geef me over.